Gemeenteraad Bergen bespreekt Eerste Beleidsrapportage 2018

Tijdens de gemeenteraadsvergadering van Bergen werd de Eerste Beleidsrapportage 2018 besproken. De rapportage, die ter informatie aan de raad werd gepresenteerd, leidde tot een levendig debat met vragen over burgerinitiatieven, woningbouwprojecten en de ambitie van de werkorganisatie BUCH.

Politiekverslaggever Rijk de Bat

De vergadering begon met een mededeling van Ineke Braak-van Kasteel (GroenLinks) dat agendapunt 3 van de agenda werd geschrapt. Vervolgens werd de Eerste Beleidsrapportage 2018 besproken. Wilma Grooteman (CDA) vroeg naar de betrokkenheid van vrijwilligersorganisaties bij het Slotkwartier en uitte zorgen over de verkoop van alcohol aan minderjarigen. "Volgens mij hebben de onderzoeken iets anders uitgewezen," merkte ze op.

Solita Groen-Bruschke (GroenLinks) vond het document lastig te lezen op een computer of tablet en miste informatie over plannen in Hargen aan Zee. Ze vroeg zich ook af waarom bepaalde woningbouwprojecten waren doorgestreept. "Is daar iets speciaals mee aan de hand?" vroeg ze.

Janina Luttik-Swart (KIES Lokaal) prees het overzicht, maar vroeg zich af of de inzet van vrijwilligers en mantelzorgers gevolgen zou ondervinden van financiële beperkingen. Ze benadrukte het belang van een dorpsvisie voor Egmond-Binnen en andere dorpen.

Koos Bruin (Behoorlijk Bestuur Bergen) vond de ambitie van de werkorganisatie BUCH om tot de ambtelijke top van Nederland te behoren te hoog gegrepen. "Je moet wel je beperkingen ergens weten te vinden," zei hij.

Kees van Leijen (VVD) vroeg om uitleg over de verschillen in status van projecten zoals de Marke in Bergen en Hotel Nassau. Michel Smook (KIES Lokaal) vroeg zich af in hoeverre de nieuwe coalitie de bestaande projecten zou ondersteunen.

Wethouder Jan Houtenbos legde uit dat de rapportage een overdrachtsdossier van het vorige college was en benadrukte dat het nieuwe college de bestaande raadsbesluiten zou uitvoeren. "Mocht er iets veranderen, dan bent u de eersten die het horen," verzekerde hij de raad.

De vergadering eindigde met de toezegging dat openstaande vragen schriftelijk zouden worden beantwoord en dat de raad op de hoogte zou worden gehouden van de voortgang van de besproken projecten.