De gemeenteraad van Bergen besprak onlangs een voorstel om de Participatieverordening 2021 vast te stellen, ter vervanging van de huidige inspraakverordening. Dit nieuwe beleid moet de participatie tussen inwoners en de gemeente versterken en anticiperen op landelijke wetswijzigingen zoals de Omgevingswet.
Politiekverslaggever Rijk de Bat
Tijdens de raadsvergadering werd het rapport 'Samen de ladder op' besproken, dat als basis dient voor het nieuwe participatiebeleid. Wethouder Ernest Briet benadrukte het belang van participatie: "We willen de ambities van de Raad en de gemeente Bergen op een hoog niveau brengen." Hij legde uit dat er meer menskracht nodig is om de participatieambities waar te maken, en dat er daarom een extra fulltime functie is gecreëerd.
De discussie in de raad draaide om de vraag hoe participatie in de praktijk vorm moet krijgen. Wilma Grooteman van het CDA vroeg zich af: "Hoe verhoudt dit rapport zich met het raadsakkoord waarin is afgesproken vier jaar te werken voor het vastgestelde participatiebeleid en tussentijds te evalueren?" Ze uitte ook zorgen over het ontbreken van een juridisch houdbaar kader voor participatie bij externe initiatieven.
Ernest Briet erkende dat er nog geen juridisch kader is, maar beloofde dat dit in november aan de raad gepresenteerd zal worden. Hij benadrukte dat de gemeente inzet op verleiding via het participatieloket om externe partijen te stimuleren tot participatie.
De raad was verdeeld over de vraag welke projecten prioriteit moeten krijgen. Mariëlla van Kranenburg van Ons Dorp vroeg zich af waarom er gekozen is voor drie specifieke projecten: "Wat is het overwegingskader geweest om juist voor die drie RO-projecten te kiezen?" Briet legde uit dat deze projecten actueel en betekenisvol zijn voor de gemeenschap.
Peter van Huissteden van de PvdA vroeg om meer duidelijkheid over wat er precies bedoeld wordt met 'hoger niveau' in participatie. Briet antwoordde dat het gaat om zowel een hoger kwaliteitsniveau als het beklimmen van hogere treden op de participatieladder.
Froukje Krijtenburg van GroenLinks pleitte voor meer concreetheid in de methodiek: "Wat is nou precies, wanneer hoort welke trede ingezet te worden?" Ze verwees naar een model uit Gooische Meren als voorbeeld.
De wethouder sloot af met de toezegging dat er in november een raadsinformatieavond komt waarin de voortgang van het participatiebeleid verder besproken zal worden. "We willen samen de ladder op," aldus Briet, die benadrukte dat de input van de raad van groot belang is voor de verdere uitwerking van het beleid.
Samenvatting van het voorstel
De gemeenteraad van Bergen bespreekt een voorstel om de Participatieverordening 2021 vast te stellen, die de huidige inspraakverordening zal vervangen. Dit is in lijn met het nieuwe participatiebeleid van de gemeente en anticipeert op verwachte landelijke wetswijzigingen, waaronder de Omgevingswet. De verordening is bedoeld om de participatie tussen inwoners en de gemeente te versterken en biedt duidelijkheid over de kaders en voorwaarden voor participatie. De raad heeft de mogelijkheid om specifieke artikelen in de verordening aan te passen. De verordening is gebaseerd op een concept van de VNG en voorbeelden van andere gemeenten, en zal gedeeld worden met andere BUCH-gemeenten. Er zijn geen financiële consequenties verbonden aan de verordening. De uitvoering is afhankelijk van landelijke politieke ontwikkelingen, en een evaluatie wordt voorgesteld na één of twee jaar.
Documenten
-
Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
De titel van het voorstel is "Participatieverordening vaststellen". Het voorstel betreft het vaststellen van een nieuwe participatieverordening voor de gemeente Bergen NH, die de huidige inspraakverordening vervangt. Deze verordening is in lijn met het recent opgestelde participatiebeleid en is bedoeld om de participatie tussen inwoners en de gemeente te versterken. Het biedt duidelijkheid over de ruimte, kaders en voorwaarden voor participatie. Het voorstel anticipeert op verwachte landelijke wetswijzigingen en de inwerkingtreding van de Omgevingswet, en is gebaseerd op een conceptverordening van de VNG en voorbeelden van andere gemeenten.
Oordeel over de volledigheid:
Het voorstel is redelijk volledig. Het biedt een duidelijke uitleg over de noodzaak en achtergrond van de participatieverordening, evenals de context van verwachte landelijke wetswijzigingen. Er is echter geen gedetailleerde inhoudelijke beschrijving van de verordening zelf in het voorstel opgenomen.
Rol van de raad:
De raad heeft de rol om de participatieverordening vast te stellen. Ze hebben de mogelijkheid om specifieke artikelen te wijzigen, toe te voegen of te verwijderen voordat de verordening wordt aangenomen.
Politieke keuzes:
De raad moet beslissen of ze de voorgestelde participatieverordening willen aannemen zoals die is, of dat ze wijzigingen willen aanbrengen. Ze moeten ook overwegen hoe ze de participatie van inwoners willen vormgeven binnen de kaders van de verordening.
SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is niet volledig SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden) geformuleerd, vooral omdat de tijdlijn afhankelijk is van landelijke wetswijzigingen. Er zijn geen duidelijke meetbare doelen of tijdsgebonden elementen opgenomen. Er zijn geen directe inconsistenties in het voorstel.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten of ze de participatieverordening willen vaststellen zoals voorgesteld.
Participatie:
Het voorstel benadrukt dat de verordening tot stand is gekomen met input van diverse belanghebbenden binnen de gemeente, waaronder gebiedsregisseurs en strategisch adviseurs.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid is niet als relevant onderwerp genoemd in dit voorstel.
Financiële gevolgen:
Er zijn geen financiële consequenties verbonden aan dit voorstel, zoals aangegeven in het document.
-
Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
Het voorstel betreft de consultatie van de raadscommissie over het rapport ‘Samen de ladder op’. Dit rapport inventariseert mogelijkheden om inwonerparticipatie in de gemeente Bergen te verbeteren. Het doel is om participatie naar een hoger niveau te tillen, aansluitend bij het in 2021 vastgestelde participatiebeleid. Het college wil prioriteit geven aan het herijken van beleid, ontwikkelen van meetinstrumenten en verhogen van participatieniveau via diverse projecten. Het rapport dient als basis voor verdere consultatie en besluitvorming door de raadscommissie.
Oordeel over de volledigheid:
Het voorstel is redelijk volledig, met duidelijke prioriteiten en een gefaseerde aanpak. Echter, de financiële implicaties zijn nog niet volledig uitgewerkt.
Rol van de raad:
De raad wordt geconsulteerd over het rapport en de voorgestelde aanpak. Hun feedback is essentieel voor de verdere uitwerking en implementatie van de adviezen.
Politieke keuzes:
De raad moet beslissen welke adviezen prioriteit krijgen en hoe de beschikbare middelen en capaciteit het beste kunnen worden ingezet.
SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is gedeeltelijk SMART. Het bevat specifieke en tijdgebonden doelen, maar mist concrete meetbare resultaten en een volledige financiële onderbouwing.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten of zij instemt met de voorgestelde prioriteiten en aanpak voor de uitvoering van de adviezen.
Participatie:
Het voorstel benadrukt participatie als kernpunt, met betrokkenheid van diverse belanghebbenden en een focus op het verhogen van het participatieniveau.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid wordt niet als relevant onderwerp genoemd in dit voorstel.
Financiële gevolgen:
De financiële gevolgen zijn nog niet volledig bekend. Er wordt een plan van aanpak met een begroting opgesteld, en indien nodig, wordt een voorstel tot wijziging van de begroting aan de raad voorgelegd.
-
Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
Het voorstel betreft het "Vaststellen participatiebeleid gemeente Bergen NH". Het doel is om een formeel participatiebeleid vast te stellen dat de samenwerking tussen inwoners en de gemeente Bergen NH versterkt. Dit beleid is ontwikkeld in samenwerking met inwoners, ambtelijke organisatie en raadsleden, en biedt een kader gebaseerd op gedeelde waarden. Het document is een reactie op de verwachte inwerkingtreding van de Omgevingswet, die participatie een verplicht karakter geeft. Het beleid is bedoeld om de relatie met inwoners te verbeteren en participatie te optimaliseren door middel van monitoring en evaluatie van nieuwe processen en methoden.
Oordeel over de volledigheid:
Het voorstel lijkt volledig, aangezien het een uitgebreide achtergrond biedt, de noodzaak van het beleid uitlegt, en de betrokkenheid van verschillende belanghebbenden beschrijft. Het bevat ook een reactienota die voortkomt uit een beeldvormende raadsbijeenkomst, wat duidt op een responsief proces.
Rol van de raad:
De raad wordt gevraagd het participatiebeleid formeel vast te stellen en de waarden en beleidsopgaven te onderschrijven. De raad speelt een cruciale rol in het goedkeuren en monitoren van de uitvoering van het beleid.
Politieke keuzes:
De raad moet beslissen of zij de voorgestelde waarden en beleidsopgaven onderschrijft en of zij het participatiebeleid wil vaststellen. Dit omvat het afwegen van de mate van participatie en de betrokkenheid van inwoners bij gemeentelijke besluitvorming.
SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is niet volledig SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden), omdat het geen specifieke meetbare doelen of tijdlijnen bevat. Het richt zich meer op het creëren van een kader en het verbeteren van processen door middel van monitoring en evaluatie.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten het participatiebeleid vast te stellen en het college opdracht te geven om de ambities en opgaven in de beleidsagenda uit te voeren.
Participatie:
Het voorstel benadrukt participatie door het beschrijven van een participatief proces bij de totstandkoming van het beleid. Er is een beeldvormende raadsbijeenkomst gehouden om input van inwoners en raadsleden te verzamelen.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid wordt niet als een relevant onderwerp genoemd in dit voorstel.
Financiële gevolgen:
Het vaststellen van het document vraagt momenteel niet om extra financiële middelen. Echter, bij de uitwerking van de ambities en opgaven in de beleidsagenda kan dit in de toekomst wel het geval zijn. Er is geen specifieke dekking voor toekomstige kosten aangegeven.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-